Rijksarchief in België

Ons collectief geheugen !

FR | NL | DE | EN
Menu

19de-eeuwse herinneringen aan (on)beleefdheid

Texte petit  Texte normal  Texte grand
21/12/2022 - Onderzoek - Inventarisatie - Rijksarchief te Bergen

De fatsoensregels vormen een spiegel van hun tijd. Dankzij een manuscript van schrijfster Coraly Pirmez (1833-1888), familie van Marguerite Yourcenar, kunnen wij mee in de spiegel kijken. De tekst werd gevonden in familiearchieven die momenteel worden geïnventariseerd in het Rijksarchief Bergen. "Souvenirs des politesses et impolitesses", een bloemlezing van adviezen voor jonge meisjes uit "goede gezinnen”, werd geschreven rond 1885-1886.

Coraly Pirmez is de auteur van de bundel Histoires et Légendes die haar zus, barones Drion, na haar dood liet uitgeven. Rond 1885-1886 schreef Coraly Pirmez "Souvenirs des politesses et impolitesses". Deze bundel maakt deel uit van een familiearchief dat onlangs werd overgedragen aan het Rijksarchief Bergen, waar het momenteel wordt geïnventariseerd.

Schrijfster Coraly Pirmez (1833-1888) kwam uit een zeer welgestelde burgerijfamilie uit Châtelet. De dochter van Victor Pirmez en Amélie Drion ging naar een kostschool in Aken waar ze zang-, piano- en Engelse lessen volgde. In 1903 wijdde Clément Lyon, eveneens afkomstig uit Châtelet, een aantekening aan haar in de Biographie nationale (Biographie nationale, Brussel, 1903, vol. XVII, kol. 563-565). Coraly Pirmez was een nicht van schrijver Octave Pirmez en van Arthur de Cartier de Marchienne (1831-1890), grootvader van de beroemde Marguerite Yourcenar (1903-1987).

De handgeschreven tekst "Souvenirs des politesses et impolitesses" (Herinneringen aan beleefdheden en onbeleefdheden) weerspiegelt de opvattingen van auteur Coraly Pirmez over "goede manieren" en haar visie op de plaats van vrouwen uit de burgerij in de Belgische samenleving aan het einde van de 19de eeuw.

"We hebben een jonge vrouw gekend die getrouwd was met een figuur die vóór zijn huwelijk belachelijk stom was! Maar van zodra zij bij hem was, leek deze man op een gewoon iemand, zozeer wist de intelligente jonge vrouw de minste van zijn kwaliteiten te versterken; zoals Charles me onlangs zei, binnenkort moeten we de werken van Mgr. Dupanloup (nvdr: Felix Dupanloup, Franse theoloog en geestelijke) over opvoeding gaan lezen, nu onze zonen groter worden… Charles, je bent het toch wel met me eens, je houdt meer van de spitsbogenstijl dan van de Romaanse... Charles zal ongetwijfeld liever hebben dat zijn dochter klassieke muziek speelt, dan al die dansen en polka's die zo vermoeiend zijn om aan te horen... We hadden Charles gekend als niet in staat om Mgr. Dupanloup te begrijpen, niet in staat om iets te zeggen over architectuur of muziek! Charles die zijn waardige metgezellin antwoord gaf met een lieve glimlach, of die ja waagde te zeggen als de vraag bevestigend moest worden beantwoord of nee in het andere geval. Charles werd na een paar jaar huwelijk bijna beschouwd als een intelligent iemand.”

“Het is op zijn minst onbeleefd om een grommend hondje in huis te hebben, dat bezoekers ontvangt alsof het deugnieten en schurken zijn. Sluit uw trouwe Argus op, zodat hij de kinderen niet bang maakt, niet in de kuiten van de papa’s bijt, of in de verleiding komt de jurken van de moeders te verscheuren.”

"Het is een schending van de kiesheid, de tact en zelfs van bepaalde vormen van liefdadigheid om de bedienden van het huis waar je ontvangen bent ostentatief een fooi te geven. Je mag nooit, onder geen enkel beding, de vrouw des huizes of haar kinderen opdragen deze fooi aan hun werknemers door te geven. Het is onbeschoft om te gaan zoeken naar de portemonnee waaruit je het drinkgeld wil opdiepen. Het vernedert meesters en bedienden en is absoluut tegen alle regels van de goede manieren.”

"Een meisje mag nooit gaan roken, zich mannelijk gaan gedragen of mannenspelletjes spelen. Een meisje dat jaagt en rookt, bewijst dat ze niets fijngevoeligs, bescheidens of christelijks in haar inborst draagt. Een rijke landeigenaar had, naast een prachtig kasteel, mooie landerijen en veel geld, een charmante dochter. Onlangs nog was hij over haar aan het opscheppen: er bestond niemand meer waardevol dan juffrouw J. De ouders van de jonge X zeiden bij zichzelf: dit is de vrouw die X nodig heeft. Juffrouw J. is opgeleid, rijk, mooi en volgde les in een klooster; zij kan alleen maar volleerd zijn; X zal een zeer geschikte partij voor haar zijn. In de loop van een ander gesprek vernamen de ouders dat het charmante jonge meisje rookte en jaagde, en dat ze met laarzen aan door de velden liep als een man; de vader prees haar nog meer dan de vorige dag: "Wat een gezondheid!” zei hij, wat een kracht! Wat een vaardigheid! Wat een verschrikking, dacht de moeder van de jonge X. Zal deze jonge jaagster een goede huisvrouw zijn, een goede moeder? X zou beter een meisje vinden dat – in plaats van een geweer en een sigaar – een schaar, een vingerhoed, een naald vasthoudt...” En het huwelijk ging niet door!

"Het is niet netjes voor een welopgevoed meisje om meer dan twee glazen wijn te accepteren. Het is absoluut misplaatst om een glas bier te drinken bij buffetten op stations, of bij een concert wanneer de heren consumpties nemen. In katholieke liefdadigheidskringen is het zeer aangewezen voor dames om uit vriendelijkheid en naastenliefde een glas orgeade- of rode bessensiroop aan te nemen; zij doen er goed aan de limonademan deze kleine inkomst te gunnen.

"We waren bijna vergeten te vermelden hoe je een gekookt ei en steenvruchten eet. Een gekookt ei wordt niet gegeten door er broodkoekjes, in sommige streken "dipbrood" genoemd, in te doppen, maar wel met een lepeltje. Je doet zout op je bord, snijdt het topje van het ei, doopt je lepel in het ei, en dipt vervolgens – handig – de onderkant van de lepel op het zout, en eet zo netjes mogelijk. De Engelsen, die grote eters zijn van gekookte eieren, doen het niet anders.

"Nooit volgt een meisje van hoge geboorte, een jong meisje uit een familie ‘zoals het hoort’ zoals we in België zeggen, excentrieke manieren aan om haar haar te doen... Froufrous, pony’s, krullen en krulletjes op het voorhoofd zijn voor comédiennes of voor mensen die graag opgemerkt worden door hun buurtjes. Meisjes tot 12 of 13 jaar mogen wel dergelijke kapsels dragen.”

"Niets is erger dan laster. Spreek niet goed of slecht over uw huisbedienden. Voor een jong meisje in een meidenbijeenkomst zijn er zoveel gespreksonderwerpen. Kun je bijvoorbeeld niet eens over je werkjes praten? Heb je niet een mooi voorbeeld van haakwerk om aan te leren of zelf te leren? Zou je niet eens praten over het mooie boek dat je las, over de arme mensen die zo overvloedig aanwezig zijn in je wijk? En dan... geen vriendin kent zo'n goed recept voor pannenkoeken... en jij... jij kent de samenstelling van een zalf voor brandwonden, en vaak heb je er wat kunnen geven aan de behoeftigen... Jij kweekt vogels... Jij kweekt bloemen... Deel je geheimpjes voor dit alles. Leer die van anderen... Je zult jezelf geliefd maken en je zult noch de naastenliefde noch je geweten kwetsen.

"Als je hebt gereisd... als je de wereld hebt gezien, zal het gemakkelijk zijn om op het eerste gezicht te weten met wie je te maken hebt, als je mensen bijeen ziet komen in een lounge, als je ze de trein in ziet stappen, in een wachtkamer...".

 

www.belspo.be www.belgium.be e-Procurement